Van de week maakte ik in een paar heel simpele stappen wat lekker comfortfood voor een borrel bij de buren. Op jullie verzoek deel ik het recept even. Vooral de ansjovisboter is zo gemaakt en zooo lekker, mmmm 🙂 zout en romig, precies waar een herfstige dag om vraagt.
Let’s go! In maximaal tien minuutjes ben je klaar.
Voor een flinke rol (4 personen of meer) ansjovisboter heb je nodig:
- een half blok boter (125 gram)
- een kneep uit een halve citroen (dus twee eetlepels)
- wat takjes peterselie, alleen de blaadjes (3)
- een half klein knoflookteentje
- vier tot zes ansjovis filets, dus vier van die dunne visjes, uitgelekt
- Bakpapier en een koelkast/koude ruimte
En zo maak je het:
doe alle ingrediënten bij elkaar behalve de boter. Begin met vier ansjovis filets, dan weet je zeker dat het niet te vissig wordt, toevoegen kan altijd. Even omroeren. Snijd dan de boter in kleine blokjes of plakjes. Voeg dit bij het mengsel. Omroeren. Zet dan nog een minuutje de staafmixer op je mengsel. Schep het mengsel in het bakpapier en rol er een rol van. Laat dit tenminste een uurtje opstijven in de koelkast als je er plakjes van wilt kunnen snijden. mmmmm jammie, ik krijg bijna zin het nog een keer te maken….De rest van de ansjovis kan je bewaren in een glazen potje. Ze zijn bijvoorbeeld lekker op een zelfgemaakte pizza of in een salade met partjes ei en zwarte olijven.
En nu het broodje! Er staan veel zuurdesemrecepten op de blog. Dit heerlijke vlechtbrood maakte ik als volgt, dit is genoeg voor twee broden:
- 150 gram zuurdesemmengsel. Heb je dit niet, gebruik dan gist, de smaak wordt dan wat anders. Het zuurdesemmengsel mag ook ‘in rust’ zijn, koud dus, het gaat om de smaak. Je voegt dan gewoon wat gist toe.
- 700 gram bloem voor witbrood, ik gebruik gemalen van de molen, ik denk dat aldibloem ook prima werkt, ik hecht zelf aan bloem van de molen.
- twee bakjes van 160 ml lauw water, dus totaal 320, ik vind 160 makkelijker meten omdat ik dan gewoon een kopje water kan doen.
- Een dikke snuif zout, een theelepel
- een dikke theelepel gist zodat de zuurdesem versterkt wordt.
En zo maak je het (20 actieve minuten, 1 uur rijzen):
- roer alle ingrediënten door elkaar, bijvoorbeeld met een vork, een deegschraper, of je handen (vies daarna)
- als alle ingredienten geroerd zijn, laat het mengsel dan een kwartier gewoon staan. De gluten gaan zich dan binden, het mengsel wordt beter kneedbaar en plakt minder.
- Maak na een kwartier een bal van het deeg. voeg eventueel een klein beetje bloem toe als de bal na minimaal vijf minuten nog steeds kleverig blijft.
- Laat de bal ongeveer een halfuur rijzen onder een theedoek die iets vochtig is.
- Deel de bal in twee delen. Vorm bij elk deel drie strengen. Plak de punten van de strengen aan de bovenkant aan elkaar.
- Vorm voorzichtig een vlecht op de bakplaat, dat gaat makkelijk. plak de achterkant van de punten ook aan elkaar. Vouw de uiteinden iets naar onder, dan laat het niet los bij het rijzen of in de oven.
- Zet de oven aan op 220 graden. Laat de broden ondertussen nog een half uur rijzen.
- Smeer de bovenkant in met eiwit, dan wordt het mooi bruin, eiwit kan je eventueel ook weglaten als je geen pitjes op je brood wilt.
- Sprenkel wat pitjes op het brood.
- Zet het brood in de oven en bak het eerst ongeveer 35-40 minuten, open liever niet tussentijds de oven want het brood rijst nog door in de oven. Na deze tijd kan je het brood omkeren om ook de onderkant nog even wat harder te maken. Het is klaar als het hol klinkt als je er op tokt met je knokkel.
- Helemaal af laten koelen op een rooster, en dan… smikkelen maar!
​
Op de video hoor je het knisperen van het brood wat net uit de oven komt